Een klein model voor economische winst (deel 2)

Onderlinge samenhang van winstmodel

We hebben nu een klein modelletje gebouwd met 12 vergelijkingen en (dus) 12 onbekenden en 4 exogenen. De onderlinge samenhang zou je als volgt kunnen zien:

ScreenShot005Uitkomsten of resultaten van winstmodel

Eindelijk kunnen we hele spul in de computer stoppen en de zaak uitrekenen of simuleren. Ik heb nog een paar startvariabelen (uit het verleden, vanwege de veronderstelde vertragingen in het model) nodig. Ik neem aan dat deze ondernemer een schuld heeft van € 100 en dat hij vrij willekeurig is begonnen met 10 uur acquisitie (in periode 0, voor de werkelijke opstart). Er is in het begin nog geen sprake van winst (in periode 0 is de winst dus € 0).

Nu kunnen we de redenering van de uitkomsten of resultaten volgen (zie tabel hieronder). Omdat er 10 uur acquisitie is gedaan ligt er nu een orderportefeuille van 10 uur. Er is genoeg tijd om deze order uit te voeren dus de verkoop kan beginnen op 10 stuks (inkomsten = 10 in periode 1). Er hoeven geen klanten teleur te worden gesteld, er zijn dus geen boetes. De uitgaven bestaan alleen uit loon (31 uur, helaas 9 uur verloren een reistijd etc) en rente (2% van de restschuld van € 95). Er is dus sprake van een winst van € 10 – € 5 = € 5 die meteen gebruikt wordt om af te lossen op de lening (€ 100 – € 5 = € 95).

ScreenShot004En nu komt het erop aan. De ondernemer ziet dat hij winst heeft gemaakt en dat doet hem besluiten in de volgende ronde (periode 2) een uurtje extra aan acquisitie te doen. Dit proces van aanpassing blijft zich een aantal periode herhalen. Elke keer is de winst positief en wordt er gedaan aan schuldafbouw en steeds meer acquisitie. We zien dat er een kanteling in het systeem komt in periode 5: op dat moment doet de ondernemer zoveel aan acquisitie dat hij de orders niet meer kan uitvoeren en ontstaan er boetes. Deze drukken de winst die uiteindelijk richting de nul afzakt waarna de ondernemer besluit zich minder met acquisitie bezig te houden en zich te focussen op de uitvoering van de orders. Er ontstaat nu een cyclisch patroon van meer acquisitie, resulterend in meer winst, uiteindelijk meer boetes, dan weer meer productiewerk, tot de winst weer omhoog gaat etc. De winst is uiteindelijk (bij alle gemaakte aannames) maximaal als de ondernemer zo rond de 14 uur aan (effectieve) acquisitie doet en 12 uur aan productiewerk.